De geschiedenis van het modelzeilen

De geschiedenis van het internationale wedstrijd modelzeilen is zeer lang en voert ons een eeuw in de tijd terug. Alhoewel de meeste modelzeilers van vandaag iets weten omtrent de ontwikkelingen in de sport sinds de vroege jaren zeventig toen de wedstrijden met RC jachten wereldwijd interesse vonden, hebben weinigen echter enige bekendheid met de dagen van Braine en jachten met vaanbesturing.

Het ligt in de bedoeling om een overzicht te geven van de geschiedenis, met onder andere het streven naar nationaal prestige in de felle concurrentiestrijd tussen Amerika, Engeland, Noorwegen en Denemarken welke toentertijd de leidende landen waren.

 

Eerst gaan we terug naar het jaar 1851, toen de Amerikaanse schoener “Amerika” een bezoek bracht aan Engeland, hetwelk leidde tot een verhoogde activiteit in wedstrijd zeilen en tevens in de wereld van het modelzeilen. Een van de eerste internationale wedstrijden vond plaats in Birkenhead in Engeland toen een loggersloep genaamd ”Black Joke” een schoener uit de USA en een lokale schoener versloeg bij een onderlinge wedstrijd. Deze gebeurtenis werd vermeld in een toentertijd vermaarde Engelse krant “The Field”, waar de eminente jachtontwerper Dison Kemp in latere jaren een bekende redacteur voor het zeilen werd.

 

Echter in 1911 was het pas, dat een serieuze poging werd ondernomen om de modelzeilsport nationaal en internationaal te organiseren. Dat was toen in Engeland de Model Yachting Associatian (M.Y.A .) voor het eerst werd opgericht onder zijn originele naam, de “Model Yacht Racing Asociation” (M.Y.R.A.). Toentertijd waren de klasse reglementen in elk land verschillend en daardoor was het moeilijk om een internationale wedstrijd te organiseren, maar er werd overeengekomen om het 80 cm Continentaal Reglement te erkennen, hetwelk resulteerde in een goed en efficiënt model voor het internationale wedstrijd zeilen. Het resultaat hiervan was dat de “M.Y.R.A.” in 1912 verantwoordelijk was voor het organiseren van een zeilwedstrijd in Enghien-Les-Bains bij Parijs, waarin Engeland, Frankrijk en België deelnamen. De getoonde interesse voor deze wedstrijd werd gedemonstreerd door de presentatie van een Sevres vaas door president Poincare van Frankrijk, aan de Engelse winnaar W.J. (Bill) Daniels, die later bekend werd als een briljante ontwerper, bouwer en schipper van model zeiljachten.

 

Na de eerste wereldoorlog ontwikkelde het modelzeilen zich vrij snel. In 1923 daagde Bill Daniels, in zijn eentje, de Amerikaanse modelzeilers uit tot een onderlinge wedstrijd. Zijn uitdaging werd geaccepteerd en gewapend met zijn jacht “Endeavour” kwam hij uit tegen de Amerikaanse zeilers. Hij ontmoette daar het vermaarde Amerikaanse jacht “Polka Dot”. Hij werd verslagen, maar er werd overeengekomen dat de Amerikanen in de nabije toekomst een tegenbezoek zouden brengen.


Maar op dit punt besloten de eigenaren van het blad “Yachting Monthly” zich in het wedstrijdgebeuren te mengen. Major Malden Hackstall-Smith, toentertijd de redacteur, had een nieuwe meetformule bedacht, waarvan hij hoopte dat deze in de plaats zou komen van het internationale “Six and Twelve” meter reglement, teneinde zijn ideeën uit te proberen en tevens om het internationale zeilen vast in het zadel te helpen. Het tijdschrift “Yachting Monthly” “stelde de “Hundred Guinea Cup” ter beschikking aan de “M.Y.A.”. De meetregels waaronder de jachten werden gebouwd, om aan de wedstrijden deel te nemen, werden bekend onder de naam “Yachting Monthly 6-meter” regels. Deze regels waren bedoeld om jachten overeenkomstig de “Six Meter” reglementen te bouwen, met een schaalverhouding van 2 inches (5,08 cm) voor een foot (30,48 cm).


Door de Koninklijke Deensche Jacht Club werd een uitdaging aan internationale zeilers gedaan tot een wedstrijd maar hun jacht werd verslagen door de Engelsman Daniels met zijn jacht ’’Invader”. Het daaropvolgende jaar werd door Denemarken een tweede uitdaging gedaan met hetzelfde noodlot. De winnaar was opnieuw Daniels, echter nu met zijn nieuwe jacht “Crusader”. In 1925 daagde de Amerikaan Joe Weaver met zijn jacht “Slipper” de internationale zeilers uit voor een wedstrijd, maar Daniels met zijn jacht “Crusader” was niet te verslaan.


Het blad “Yachting Monthly” stelde opnieuw de Challenge Cup aan de M.Y.A. in Gosport in Engeland ter beschikking maar nu als wisselcup. In 1927 werd de “International Model Yacht Racing Assosiation” ( IMYRA) opgericht. Deze adopteerde de Y.M. 6 m klasse als de internationale”A” klasse en de M.Y.A. zeilwedstrijd reglementen als de internationale zeilreglementen. De lidstaten waren België, Frankrijk, Duitsland, Letland, Noorwegen, U.S.A. en Engeland.

 

Na een aantal jaren bleek het echter buitengewoon moeilijk voor de secretaris van de “I.M.Y.R.A” om contact te onderhouden met de secretariaten van verschillende nationale organisaties. Dit was in sommige gevallen te wijten aan de onoplettendheid van de zijde van de secretaris en in andere gevallen politieke of financiële moeilijkheden op het continent. Uiteindelijk deelde de toenmalige secretaris aan de “M.Y.A.” mede dat hij niet in staat was verder te gaan met de kontakten en de “M.Y.A.” besloot daarom de “I.M.Y.R.A.” te behandelen als een niet bestaande organisatie. Het was in 1936 dat in Gosport in Engeland de “International Model Yacht Racing Union (I.M.Y.R.U.) werd gevormd.


In de tussentijd, in de jaren van 1926 tot het uitbreken van de tweede wereldoorlog, werd de “Y.M. Cup” twaalf keer gewonnen door Engeland en twee keer door de Noor Sam Berge, met de U.S.A. negen jaar in successie als tweede. Hun schippers waren John Black die er vijf maal niet in slaagde de Cup te winnen, Joe Weaver die het tweemaal probeerde en Cox, Baron en Fred Pigeon ieder één keer.

 

Na de oorlog werd in 1948 te Gosport een “All Nations” wedstrijd gehouden waaraan de landen Australië, België, Denemarken, Frankrijk, Portugal, U.S.A., Engeland, Wales, Schotland en Noord Ierland deelnamen. De 73 jarige Amerikaan Fred Pigeon en zijn maat Bill Bithel wonnen met het jacht “Ranger” deze wedstrijd. Denemarken werd tweede en Engeland derde. Na de wedstrijd werd een vergadering gehouden waarin de “I.M.Y.R.U.” definitief werd opgericht.

 

De “Y.M. Cup” wedstrijdcompetitie werd opnieuw gehouden in 1949 te Fleetwood. Aangemoedigd door de successen in de voorgaande jaren zonden de Amerikanen de “Ranger” over om opnieuw de winst van de Cup te betwisten, deze keer met Bill Bithel als schipper en Ains Ballantyne als maat. De belangstelling voor de wedstrijd was inderdaad groot, met zo’n 3000 toeschouwers langs de oevers die de U.S.A. de Cup voor de eerste maal zagen winnen. Het resultaat veroorzaakte toentertijd veel opwinding en het was ongetwijfeld een schok voor de Engelse modelzeilers en ontwerpers, die toen verplicht waren om lang en zorgvuldig onderzoek te doen naar hun theorieën. 

       

In 1950 was er geen uitdaging om de wedstrijd voor de “Cup” te houden, maar in 1951 verzamelde de “M.Y.A.” voldoende fondsen om 2 van haar beste schippers, Waiter Jones en Ronnie Jurd, naar Boston in de U.S.A. af te vaardigen. Fred Pigeon die de “Ranger” had ontworpen verdedigde de titel met de “Ainslie”, een gemodificeerd model van de “Ranger”, en verzocht het eerder succesvolle deelnemerspaar om hem bij te staan, nl. Bithell en Ballantyne. Het Engelse jacht “Shalimar” zette een moedig gevecht in, bij licht weer omstandigheden, maar het was geen partij voor het Amerikaanse jacht zodat de “Cup” in Amerika bleef.


Er was geen uitdaging in 1952 maar in 1953 daagde Canada de Amerikanen uit een wedstrijd te komen zeilen te Berkeley in Californië. Canada werd terdege verslagen door het jacht “Whiff” gezeild door L. Bourgeois van de vereniging Los Angeles M.Y.C.

In 1954 gaf de houder van de wisselcup deze hoffelijk terug aan de “M.Y.A.”, en sindsdien is er altijd om gestreden. Buiten Engeland werd er gewonnen door België, Denemarken, Frankrijk, Duitsland en Nederland.

 

Vóór 1939 waren er nog twee internationale wedstrijden. Voor de Chicago regatta in 1933 waren tien deelnemers, waaronder een Engels jacht uit Bournville M.Y.C.. De winnaar was John Black uit de U.S.A. met het jacht “Bostonia III”. De andere wedstrijd was de Olympische Regatta in Hamburg, gezeild in een speciaal gegraven meer, in 1936 na de Olympische Spelen. Er werd door twee klassen gezeild de “A” en de Marblehead (M). De winnaars waren Bill Daniels met zijn “A” jacht “Fusillier” en John Black (U.S.A.) met zijn “M” klasse jacht “Cheerio”.

 

Gedurende de vroege jaren zeventig werd radio-apparatuur ontwikkeld en ontstond een grote vlucht en interesse in R/C wedstrijden en de “M.Y.A.” ging hierin voor door de publicatie van wedstrijd reglementen, welke gebaseerd waren op de reglementen van de “I.Y.R.U.” reglementen voor de grote jachten. Deze reglementen werden vervolgens door de “I.M.Y.R.U.” aangenomen en meer landen namen de sport op. In 1998 was het aantal aangesloten landen opgelopen tot 34.

 

De eerste wereldkampioenschappen voor radiobestuurde Marblehead en Ten Rater (10R) klasse jachten werden gehouden in Gosport in 1975, waar negen landen aan deel namen. Nadien werden wereldkampioenschappen voor de erkende klassen gehouden in de volgende plaatsen en landen:

 

1978 M                                               Durban, Zuid Afrika

1980 M,10R, & EC 12                           Ottawa, Canada

1982 M                                               Duinkerken, Frankrijk

1987 10R                                            Gotenburg, Zweden

1988 M & 10R                                      Berlijn, Duitsland

1990 M                                               Fleetwood, Engeland

1991 10R                                            Viry-Chatillion, Frankrijk

1992 M                                               New York, Amerika

1993 10R                                            Lake Bonney, Australië

1993 A                                                Ry, Denemarken

1994 IOM                                            St. Cyr, Frankrijk

1994 M                                               Cape Town, Zuid Afrika

1996 M                                               Melbourne, Australië

1997 IOM                                            Wellington, Nieuw Zeeland

1998 M                                               Viry-Chatillion, Frankrijk

1999 IOM                                            Ramla Bay, Malta

1999 10R                                            Hanig, Singapore

 

Tijdens de vergadering van de “I.M.Y.R.U.” in Duinkerken in 1982 werd besloten de reglementen van de “I.Y.R.R.” en de “I.Y.R.U.“, meetinstructies en de “I.Y.R.U.“ statuten en reglementen zo dicht als mogelijk te volgen. In de daarop volgende acht jaren werd door de “I.M.Y.R.U.” veel en hard gewerkt, in het bijzonder door de toenmalige voorzitter Norman Hatfield, om het modelzeilen erkend te krijgen als lid van de organisatie van de grote jachten, de “International Yacht Racing Union” (I.Y.R.U.). Met al dit werk werd bereikt dat op de eerste mei 1990 de “I.M.Y.R.U.” in de “I.Y.R.U.” opgenomen werd als de “Model Yacht Racing Division” (I.Y.R.U.-M.Y.R.D.). Op haar beurt veranderde de “I.Y.R.U.” in augustus 1996 haar naam in de “International Sailing Federation” (ISAF) en nu heet de “M.Y.R.D.” de “Radio Sailing Division” (RSD).

 

Het bovenstaande artikel is een vrije vertaling uit het Engels door J.W. de Wolf van het op internet gepubliceerde artikel “A history of model yacht racing”, geschreven door Norman Hatfield.

^ Twee racende IOM's

^ Wedstrijdboten hebben allemaal een registratie-nummer en je kunt zien uit welk land ze komen. Zo komen de twee bovenste boten uit Nederland, maar de boot hierboven uit de Verenigde Staten.

^ Boven in het grootzeil is de IOM herkenbaar aan het klasseteken.

^ Dit geeft je een idee over de proporties van een IOM

^ Totaalplaatje van een IOM. Goed te zien is hier de diep stekende kiel met daaronder de loden bulb.

Deze weegt hooguit 2½ kg.

^  De bulb is optimaal gestroomlijnd om zo weinig mogelijk weerstand in het water te hebben. Doordat de kielvin zo diep steekt met daaronder deze loden bulb als contragewicht, is de boot in staat om harde wind te weerstaan, zonder dat hij kapseist.

Hoewel hij bij krachtige wind wel eens 'op één oor' kan gaan liggen, richt hij zichzelf altijd weer op. Het is namelijk zo dat, wanneer de winddruk hoog wordt en de boot platter gaat liggen, de wind daardoor weer meer over het zeil heen blaast, richting top. Daardoor vermindert de druk op de zeilen weer en zo krijg je een zeker evenwicht tussen winddruk en helling van de boot. Valt de wind op een gegeven moment weg, dan zorgt dit contragewicht er voor, dat hij zich vanzelf weer opricht.

^ Dit zijn natuurlijk profes-sioneel gebouwde boten. Die zien er zéér gelikt uit, geheel in kunststof (ABS).

Dit Skandinavisch ontwerp, de Azetone Mk II, is in Nederland gebouwd in licentie.

Prijs met één stel zeilen:

€ 2075,00.

De NED 141

^ De NED 141 in volle aktie tijdens het ronden van een boei. Het kan er fel aan toe gaan in een wedstrijd!  Filmpje!

^ De SmartWinch 280D.

Een hele mooie (en dure!) zeilwinch van RMG. Links zit de dubbele trommel, waar de schoten op- en afdraaien om de zeilen in te halen of te vieren. Rechtsonder zit de electromotor en dat rode ding daarboven is een potmeter, die het aantal omwentelingen regelt van de trommel.

^ Hierboven een voorbeeld van een negatieve spiegel.